Steun ons | Klik hier
Dat de jacht mij mag verblijden,
inspanning haar vrucht zal werpen.
Ik mij niet verlustig in de roof,
zodat het mij niets zal ontnemen.
Dat jachtlust mij niet op zal jagen,
waardoor ik ten prooi zal vallen.
Als gevolg van toewijding de buit,
geen begerigheid ten grondslag.
Dat niet het opjagen van prooi
maar de vangst mijn honger stilt.
Uitziend naar een volle maag,
het doden geen verlangen.
Menselijkheid toont het roofdier
door slechts te doden om te eten.
De mens toont zijn beestachtigheid
als begeerten hem gaan drijven.
Beste Erwin,
Mooi gedicht, met een mooie strekking. Dankjewel.
Dat dieren slechts doden om te eten is (helaas?) een romantisch misverstand – zie bijvoorbeeld de onderstaande links. Maar dat doet niet af aan je boodschap 🙂 – juist mensen zouden zich bewust moeten zijn dat roofdaden misschien wel korte-termijn-voordeel kunnen opleveren of zelfs instinctief kunnen zijn, daar dat er hogere normen zijn.
http://dier-en-natuur.infonu.nl/natuur/68344-waarom-doden-dieren-soortgenoten.html
http://www.froot.nl/posttype/froot/deze-10-schattige-dieren-zijn-eigenlijk-moordlustige-kannibalen/
Met vriendelijke groet, Charles
Hoi Charles, dank voor je reactie en het lezen!
Ik geef toe dat het een geromantiseerd beeld is van het dierenrijk, maar dat past natuurlijk bij de dichterlijke vrijheid. 😉 Om het met Hans de Witte te zeggen: “Het brengt dat je het leven en de waarheid kan zien zoals ze zijn, niet lineair of feitelijk maar gevat in verhalen.” En (gelukkig?) lees ik bij je referenties terug dat het in de meeste gevallen toch gaat om voedselschaarste en slechts zelden moord of doodslag.
Moest bij het lezen van Pascal denken aan dit gedichtje: “De mens is engen noch beest, en het ongeluk wil dat wie voor engel wil spelen, het beest uithangt.”