Steun ons | Klik hier
‘De wet is vervuld en we zijn volledig vrij‘, zegt de één. ‘God is niet veranderd, dus zijn wet ook niet‘, zegt de ander. Binnen het christendom bestaan er verschillende visies¹ op het al dan niet houden van ‘de wet‘ en de mate waarin de consequenties ervan worden doorgetrokken. En vaak worden er vanuit beide kampen ferme uitspraken gedaan. Van de christen die zegt dat hij alles mag doen wat ‘God verboden heeft’, al is het niet altijd nuttig, tot aan de gelovige die denkt als Joods staatsburger verder door het leven te moeten. Hoe ik zelf aankijk tegen de vraag in hoeverre we vrij zijn (in Christus) of nog gebonden zijn aan wetten wil ik hier eens op een rijtje zetten (en ja, dit is een valse tegenstelling. Maar dat vertel ik later in deze blogserie over de wet pas).
Er is veel over dit onderwerp te zeggen Heel veel. Ik zal me beperken tot een aantal belangrijke ideeën waarvan ik denk dat die ten grondslag liggen aan het verdere doordenken van dit onderwerp. Een belangrijke vraag is waarom er een wet is en waartoe hij dient.
Leven in verbondenheid
Maar om die vraag te kunnen beantwoorden moeten we eerst kijken naar de voorliggende vraag wat Gods doel met de mensheid is. Heel kort samengevat zou ik het willen beschrijven als: leven in verbondenheid met Hem door Jezus (Rom.8). Dàt is het doel. Kinderen van God te zijn en daarmee zijn erfgenamen. Een diepe verbondenheid van God met de mens in termen als familie: zonen en dochters, broers en zussen, en in het beeld van gehuwden, geliefden.
Nu weten we dat zonde scheiding brengt tussen God en mens. Dat begint bij Adam, zie je door de geschiedenis van de mensheid heen, zie je bij mij en gaat door tot in de komende generaties. Gods handelen is dan ook niet die van een boze God die de mensheid uitkotst, maar die van een God die gepassioneerd is de zonde weg te houden en de mens te bewaren. Het centrum van de geschiedenis is dan ook de menswording van God in Jezus, redder van de mensheid. Het is als de steen die in het water wordt gegooid en waarvan je de rimpeling waarneemt. Alle geschiedenis voor en na Jezus is de rimpeling van deze gebeurtenis. Gods ultieme daad van liefde, een hartstochtelijke handreiking naar de mens.
Alle geschiedenis voor en na Jezus is de rimpeling van deze gebeurtenis. Gods ultieme daad van liefde, een hartstochtelijke handreiking naar de mens.
Het doel van de wet
Nu we weten wat het doel van God is met de mens kunnen we beter kijken naar welke middelen Hij gebruikt om tot zijn doel te komen. We lijken soms gemakkelijk te denken dat Gods doel het naleven van de wet is, een heilig leven. Maar zoals we gezien hebben is dat niet het doel. De wet is juist één van de middelen die Hij gebruikt om tot Zijn doel te komen. Paulus zegt namelijk wat het doel is van de wet in Rom. 10:4 ‘Want Gods manier is: Jezus. Jezus is het einddoel van de wet‘ (BasicBijbel). Het doel van de wet is dus om bij Jezus uit te komen.
Het doel van de wet is om bij Jezus uit te komen
Jezus is het woord
Een tegenwerping die hier gemaakt zou kunnen worden is dat Johannes 1:1 spreekt over het woord dat God is waaruit al het andere is ontstaan. En (vers 14) dat het woord vlees is geworden en onder ons heeft gewoond. Hier gaat het natuurlijk over Jezus. De verwarring is dat men het toepast op de Bijbel, alsof de Bijbel zèlf God is: ‘de Bijbel is het woord, dus Jezus is de Bijbel en de Bijbel is Jezus’ Dat dit niet op deze manier letterlijk op te vatten is lijkt me al duidelijk in zichzelf. Jezus is tenslotte geen wandelend zakbijbeltje.
Maar ook op een dieper niveau is het niet waar. Zo leert Jezus ons dat Mozes weliswaar heeft toegestaan te kunnen scheiden maar dat dit niet vanuit Gods hart is maar ‘vanwege de hardheid van uw hart heeft hij dat gebod voor u geschreven. Maar vanaf het begin van de schepping heeft God hen mannelijk en vrouwelijk gemaakt. Daarom zal een man zijn vader en zijn moeder verlaten en zich aan zijn vrouw hechten; en die twee zullen tot één vlees zijn, zodat zij niet meer twee zijn, maar één vlees. Dus, wat God samengevoegd heeft, laat de mens dat niet scheiden.’ (Mark.10:2-12). Hoe kan Jezus dit gebod van Mozes (Deut.24:1) zelf zijn, en tegelijkertijd neerzetten als voortkomend uit de hardheid van de mens – niet uit de wil van God? Zo is Jezus dan ook de Waarheid zelf, hìj is het Leven. Het is Jezus die verborgen is in de Bijbel. Er is leven te vinden in de Bijbel, omdat het leven zelf er in verborgen is.
Gods hart achter de regels
Er liggen nog meer argumenten tegen dit begrip van de Bijbel: neem het eerdere ‘Jezus is het einddoel van de wet’. Hoe kan Jezus het einddoel zijn als hij het al zelf is. Dan is het middel meteen het doel. Of hoe kan in 1 Sam. staan ‘Zie, gehoorzamen is beter dan slachtoffer’, als het offer juist Gods gebod is. Dan zou het offeren juist gehoorzamen zijn en maakt 1 Sam. een onbegrijpelijke tegenstelling. En het is ook enigszins paradoxaal totdat je beseft dat het doel niet ‘offeren’ op zichzelf is, maar dat deze geboden ten dienste staan van iets groters. De wet, Gods geboden, de Bijbel, het streeft ergens naar. Je zou kunnen zeggen: Gods hart achter de regels. Dit wordt ook duidelijk als je bijvoorbeeld de gelijkenis van Jezus leest in Mat.21 over de twee zonen: 28 Maar wat denkt u hiervan? Iemand had twee zonen. En hij ging naar de eerste en zei: “Jongen, ga vandaag in de wijngaard werken.” 29 Hij antwoordde: “Nee, ik wil niet.” Later bedacht hij zich en ging toch. 30 Toen ging hij naar de tweede en zei hetzelfde. Die antwoordde: “Goed, heer.” Maar hij ging niet. 31 Wie van de twee heeft de wil van de vader gedaan?’ Ze zeiden: ‘De eerste.’ Jezus zei hun: ‘Ik verzeker u, tollenaars en hoeren gaan u voor naar het koninkrijk van God. 32 Toen Johannes naar u toe kwam op de weg van de gerechtigheid, hebt u hem geen geloof geschonken. De tollenaars en de hoeren hebben hem wel geloof geschonken. Maar u hebt zich ook later, toen u dat zag, niet bedacht en hem geen geloof geschonken.
De letter en de geest
Jezus is niet gelijk aan de letter van de wet, maar Hij is gelijk aan de geest (Geest) van de wet. Jezus is op alle pagina’s aanwezig. Denk eens aan verkeersregels; die zijn er om de mensen te helpen veilig te zijn in het verkeer. Je houden aan de regels is verstandig en goed, maar het gaat natuurlijk niet om die regels zèlf. Een boete voor fietsen zonder verlichting is niet het hoogste doel van de wetgever.
Liefde voor de wet, of je verlustigen in de wet zoals David zegt, is dan ook liefde voor God zelf. Het is niet een ‘Yiiihaaa, boetes voor fietsen zonder licht zijn te gek’, maar ‘Yiiihaaa, de Wetgever zoekt het individuele welzijn van de mens’. Dàt er in kunnen zien, Gods verlangens zelf ontdekken, dat is waardoor je kunt leren van de wet, je je erin kunt verdiepen en in kunt verblijden.
Jezus is in de Bijbel, niet de Bijbel is Jezus
Als het hoogste doel zou zijn te gehoorzamen aan de regel (denk weer even aan ‘je te houden aan de verkeersregels’) dan is het niet mogelijk deze wetten samen te vatten. Toch zegt Jezus dit: ‘Heb de Heer, uw God, lief met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand. Dat is het grootste en eerste gebod. Het tweede is daaraan gelijk:heb uw naaste lief als uzelf. Deze twee geboden zijn de grondslag van alles wat er in de Wet en de Profeten staat’. (Mat.22:37-40) Dit is ook wat Jezus met zijn eigen leven heeft laten zien; hoe gehoorzaam te zijn aan de Vader en boven alles op Hem te vertrouwen.
> Lees hier verder in deze blogserie over de wet
Onderwerpen die aan bod zullen komen zijn o.a.:
een wet na 2000 jaar, de rol van de de (vrije) wil,
vrijheid in Christus, vervullen of afschaffen, wet of leefregel.
Noten
- Er zijn vele verschillende visies en nuances. De vormen waar ik over spreek staan bijvoorbeeld hier en hier beschreven.