Ontdek het geheim achter het bestaan van alles: Dit argument zal je verbazen!
Hier de tweede video uit de videoserie over argumenten voor het bestaan van God. Gemaakt in co-creatie met AI (Artificiële Intelligentie).
Duik in het fascinerende argument van het noodzakelijke wezen en ontdek hoe het helpt te begrijpen dat er redelijke argumenten bestaan voor geloof in God! Bekijk hier de video:
Hierbij de integrale tekst, met mogelijk hier en daar wat extra’s wat niet meer in de video is terecht gekomen.
Inleiding
Er is niet een enkel argument wat doorslaggevend bewijs levert dat God bestaat. Maar er is wel een hele serie met argumenten die allemaal bijdragen aan de redelijkheid om in God te geloven. Dat noemen we: een cumulatieve casus voor het theïsme. In deze videoserie willen we verschillende van deze Godsargumenten laagdrempelig toelichten.
In deze video gaan we het hebben over: Het argument van het noodzakelijke wezen.
Argument van het noodzakelijke wezen
Er moet een noodzakelijk wezen bestaan (een wezen dat niet kan ophouden te bestaan) dat de basis vormt voor het bestaan van alle andere wezens. Dit noodzakelijke wezen wordt geïdentificeerd als God.
Anders gezegd: Er moet iets bestaan dat de reden is waarom alles bestaat en dat niet afhankelijk is van iets anders om te bestaan. Dat ‘iets’ noemen we God, het noodzakelijke wezen.
Vergelijkingen
Denk eens aan een toren van blokken: elk blok rust op het blok eronder. Maar onderaan moet er een sterk blok zijn dat alle andere blokken ondersteunt en zelf niet op een ander blok rust. God is als dat sterke blok onderaan de toren dat alles ondersteunt.
Of stel je eens voor dat je een boek leest over hoe dingen zijn gemaakt. In dat boek staat dat sommige dingen andere dingen nodig hebben om te bestaan, zoals een vogel die een boom nodig heeft om in te leven. Maar er moet iets zijn dat altijd heeft bestaan en niet afhankelijk is van iets anders. Dat ‘iets’ is God.
Argumenten voor het kosmologische argument:
- Er moet een noodzakelijk wezen (God) zijn, omdat als alles alleen maar afhankelijk was van andere dingen, er niets zou zijn om die dingen te ondersteunen.
- Een noodzakelijk wezen (God) zorgt ervoor dat er een reden is voor het bestaan van alles.
Tegenargumenten:
Tegenwerpingen die gemaakt kunnen worden zijn de volgende:
1. Sommige mensen zeggen dat het universum zelf het noodzakelijke wezen kan zijn en dat er geen God nodig is.
Reactie: Christenen zouden hierop kunnen zeggen dat Iets wat ontstaan is, kan niet zichzelf doen ontstaan: Volgens de huidige wetenschappelijke inzichten heeft het universum een begin gehad (bijvoorbeeld de oerknal). Als het universum een begin heeft gehad, kan het niet zichzelf hebben doen ontstaan. Een noodzakelijk wezen moet altijd hebben bestaan en niet afhankelijk zijn van iets anders om te bestaan, wat in strijd is met het idee van een universum dat een begin heeft.Daarnaast is het moeilijk voor te stellen hoe goedheid, liefde of intelligentie uit een neutraal en doelloos toeval zou kunnen voortkomen. Een noodzakelijk wezen zoals God kan deze eigenschappen wel bezitten en deze aan de schepping doorgeven.
2. Anderen zeggen dat er misschien meerdere noodzakelijke wezens zijn, in plaats van één God.
Reactie: Christenen geven hierop aan dat als er meerdere noodzakelijke wezens zouden zijn, dit zou betekenen dat ze óf afhankelijk zijn van elkaar (wat in strijd is met het idee van een noodzakelijk wezen), óf dat ze allemaal zijn voortgekomen uit één ultiem noodzakelijk wezen (wat in feite weer neerkomt op één God). Christenen geloven in één God als het noodzakelijke wezen, omdat dit het eenvoudigste en meest logische idee is, in lijn met het principe van Ockhams scheermes.*
* Ockhams scheermes is een principe dat vaak wordt gebruikt bij het bespreken van tegenargumenten voor het bestaan van God. Ockhams scheermes stelt dat de eenvoudigste verklaring meestal de beste is. Meer weten? Lees hier meer op: wikipedia
Wie hebben het kosmologisch argument gebruikt?
Er zijn diverse theologen en filosofen die het kosmologische argument hebben ondersteund, bedacht of uitgedragen. Enkele van de belangrijkste zijn:
- Avicenna: (ook bekend als Ibn Sina) leefde van 980 tot 1037. Hij was een Perzische filosoof, arts en wetenschapper die het argument van het noodzakelijke wezen ontwikkelde.
- Thomas van Aquino: een Italiaanse christelijke filosoof en theoloog die leefde van 1225 tot 1274. Hij gebruikte het argument in zijn “Vijf Wijzen” om het bestaan van God te bewijzen. Hij was een invloedrijke denker binnen de scholastieke traditie en een belangrijk figuur in de katholieke kerk.
- Gottfried Wilhelm Leibniz: een Duitse filosoof, wiskundige en politicus die het argument van het noodzakelijke wezen verder uitwerkte. Hij leefde van 1646 tot 1716 en was een van de grote denkers van de Verlichting. Zijn werk heeft een blijvende invloed gehad op verschillende gebieden, zoals filosofie, wiskunde en logica.
Het argument is in de loop van de geschiedenis door verschillende filosofen en theologen aangepast, verfijnd en geïnterpreteerd. Hier zijn enkele voorbeelden van andere denkers en hun benaderingen:
- René Descartes: was een Franse filosoof, wiskundige en wetenschapper die het idee van God als een perfect en noodzakelijk wezen benadrukte. Hij leefde van 1596 tot 1650 en wordt vaak beschouwd als de vader van de moderne filosofie en heeft belangrijke bijdragen geleverd aan verschillende gebieden, zoals wiskunde, met name de ontwikkeling van de cartesiaanse coördinaten.
- Alvin Plantinga: een hedendaagse Amerikaanse filosoof die werd geboren op 15 november 1932 en nog leeft. Hij heeft het argument vanuit een modaal-logische benadering heeft onderzocht. Plantinga is vooral bekend om zijn werk in de analytische filosofie, de filosofie van religie en epistemologie. Hij heeft aanzienlijke bijdragen geleverd aan het debat over het bestaan van God en de verenigbaarheid van geloof en wetenschap.
Dit zijn slechts enkele voorbeelden van denkers die het argument op verschillende manieren hebben benaderd.
Conclusie
Het argument van het noodzakelijke wezen helpt ons te begrijpen dat er een reden moet zijn waarom alles bestaat en dat die reden niet afhankelijk is van iets anders. Dit versterkt het idee dat God de ultieme basis en ondersteuning is van alles wat bestaat. Door te geloven in God als het noodzakelijke wezen, krijgt het bestaan betekenis en doel.