Wat zouden we doen wanneer een dezer dagen de brief van Paulus aan de gemeente van Laodicea gevonden zou worden? We weten dat die brief moet hebben bestaan, want Paulus schrijft aan de Kollossenzen (4:16) dat ze moeten zorgen dat hun brief in de gemeente van Laodicea wordt voorgelezen en dat zij de brief aan hen bij zichzelf moeten voorlezen. Zou onze bijbel een bijlage krijgen? Zou de brief er alsnog in worden opgenomen? Zouden we de brief dezelfde waarde toekennen als de andere brieven van Paulus in de bijbel? Of zouden we zeggen: dat kan niet, de bijbel is compleet, die brief moet wel vals zijn.
In 1873 wordt in het huidige Istanbul in een bibliotheek een oud geschrift gevonden waarin de Didache, de leer of het onderwijs van de apostelen, blijkt te staan. Het was bekend dat er een Didache moest hebben bestaan, omdat deze ‘leer’ populair was onder de christenen in Egypte en Syrië en in meerdere oude geschriften wordt genoemd. Alleen het document zelf was in de geschiedenis volledig verloren gegaan. Na de herontdekking blijkt dat er grote delen van de Didache in kerkordes zijn overgenomen, en dat Clemens, de bisschop van Alexandrië, een vers uit de Didache aanhaalt als ‘schrift’. Dat kwam omdat op dat moment nog niet was besloten wat wel en niet tot de bijbel moest behoren.
Voor de Didache hoeven we de afweging niet te maken of de bijbel alsnog een bijlage zou moeten krijgen, want wanneer in de vierde eeuw de lijst van gezaghebbende boeken wordt opgesteld, ‘bestaat’ de Didache nog. De opsteller van de lijst, Athanasius, een latere bisschop van Alexandrië, vermeldt dat de Didache weliswaar nuttig is voor het geven van onderricht, maar dat zij niet tot de canon wordt gerekend. Doordat de Didache ook niet op de lijst van apocriefe boeken komt, raakt het geschrift in de vergetelheid en verdwijnt uiteindelijk compleet in de geschiedenis.
De Didache mag de bijbel dan wel niet ‘gehaald’ hebben, maar zij is de moeite van het lezen absoluut waard. Zij geeft een unieke inkijk in het leven van de vroege kerk. De Didache laat onder meer zien hoe met (valse) profeten en leraars moet worden omgegaan, maar ook hoe je moet dopen en het avondmaal moet vieren. Het meest interessante gedeelte van de Didache is echter de leer van de twee wegen die er in wordt onderwezen. In deze leer, die het grootste deel van de Didache in beslag neemt, zijn veel van de woorden van Jezus terug te vinden, zonder dat ze uit de evangeliën overgenomen lijken te zijn. Een reden waarom sommige onderzoekers zeggen dat de Didache niet rond de eerste eeuw, maar al tijdens het schrijven van de evangeliën is ontstaan. De Didache is daarmee niet alleen leerzaam, maar ook verfrissend, vernieuwend en opbouwend.
Of de Didache inderdaad datgene is, wat de apostelen leerden, zullen we waarschijnlijk nooit weten. We weten enkel dat de apostelen de gelovigen moeten hebben geleerd alles te onderhouden wat Jezus hen bevolen had, want dat waren zijn laatste woorden aan hen. Naast de evangeliën met de woorden van Jezus, wordt een groot deel van ons Nieuwe Testament gevormd door de brieven van Paulus. Hoewel we veel van onze ‘leer’ daaraan ontlenen, zijn deze brieven niet zozeer een integrale uiteenzetting van de leer zelf, maar vaak een bijsturing of aanvulling op wat Paulus eerder uitgebreid mondeling had geleerd, en soms een gedeeltelijke herhaling daarvan. Paulus zegt dat zelf meerdere keren in zijn brieven (Hand.15:33, 18:11, 28:30; 1Kor.15:2; 1Thess.3:10; 2Thess.2:5; Filip.3:3,17,18).
Je zou het kunnen vergelijken met dat je iemand volgens het boekje hebt leren autorijden. Een jaar later hoor je van iemand anders dat die persoon niet in zijn spiegels kijkt. Je besluit hem een brief te schrijven waarin staat dat hij toch echt heel erg vaak in zijn spiegels moet kijken en dat dat heel belangrijk is. Het lesboekje raakt alleen kwijt in de tijd, en op basis van jouw brief wordt nu iedereen geleerd auto te rijden terwijl er continu in de spiegels moet worden gekeken. Dat dit nooit jouw bedoeling was, omdat het simpelweg verkeersgevaarlijk is om constant in je spiegels te kijken, snapt iedereen. Tenzij …. niemand meer weet dat er oorspronkelijk een lesboekje was, dat we zijn kwijtgeraakt.
Het is niet gezegd dat de Didache het oorspronkelijke lesboekje is dat we al heel lang kwijt waren, maar op het gevaar af dat we te vaak in onze spiegels kijken, kan het geen kwaad het toch even in te zien. Veel moeite kost dat trouwens niet: de Didache is maar een klein geschrift dat met zijn 16 korte hoofdstukken slechts enkele bladzijden in beslag neemt.
Arjan de Kok
De Didache is te bestellen op: www.stadopeenberg.nl