Ga naar de inhoud
Home » Alle berichten » Blog » Kerk zonder gebouw

Kerk zonder gebouw

Steun ons Klik hier

young people with children going to church vector illustrationAl veel langer geloof ik dat de ‘kerk’ iets anders is dan slechts een wekelijks samenkomen in een gebouw. Tot zover niets nieuws, want bijna elke bevlogen christen kent deze gedachte(n) wel.

shaunAfgelopen maanden ben ik door een proces gegaan waarvan ik iets wil delen. Wat nu volgt is niet zozeer het resultaat van (on)geloof of vanwege teleurstelling.  Niet dat dit mij vreemd is, want ik ben in de loop van de tijd wel teleurgesteld en vermoeid geraakt van alle verschillende theologieën, stromingen, denominaties, ideeën, mensen, God en met name mezelf. Dit heeft echter juist geleid tot een vernieuwing van mijn geloof. De volgende gedachten zijn eerder het resultaat van deze vernieuwing.

.

Wat is de kerk?

Laat ik beginnen bij wat de kerk voor mij is. Het woord kerk vind je in de Bijbel terug als het woord ‘Ecclesia’, wat ‘bijeenkomen’ betekent. De kerk is dus geen gebouw en ook geen kerkgenootschap. De kerk is daar waar ontmoeting plaatsvindt tussen gelovigen. Het is een verbondenheid met elkaar en met de Heer. Dat kan op elk moment van de dag, in wisselende samenstellingen op verschillende plaatsen. Het is een dynamisch geheel. Dat is ook wat ik terug zie bij de eerste gelovigen in Hand. 2 die elkaar dagelijks opzoeken, brood breken en alles gemeenschappelijk delen.

Kerk omdat het zondag is
Kerk omdat het zondag is

Als we het dus hebben over een tekst als Hebr.10:25 (verzuim de samenkomst niet) zou je het moeten lezen als ‘we moeten niet wegblijven van de verbondenheid met elkaar’ of ‘blijf met elkaar verbonden’. Dit gaat niet over de wekelijkse komst naar een kerkgebouw, maar de noodzaak verbonden te zijn met andere gelovigen, elkaar te ondersteunen, helpen, bemoedigen, opbouwen.

.

De kerk: Het huis van God

Enige tijd geleden vroeg ik aan mijn zoon van 6 wat zijn gedachten zijn bij het woordje ‘kerk’. Hij zei daarop direct ‘de kerk is het huis van God’. Dit is een idee wat je vaker tegenkomt en soms zelfs in de kerk hoort. Maar het is een pertinent verkeerd idee. De tent van samenkomst, en later de tempel, dat was inderdaad het huis van God. Maar na de uitstorting van de Heilige Geest, en door het geloof in Jezus, ben jij zelf het huis van God geworden (1Kor.6:19,20, Hebr.3:6 en in 1 Tim3:15 wordt het lichaam (de gelovigen samen) zo genoemd). God leeft in jou! Om God te ontmoeten, om bij Hem te zijn, Hem eer te brengen, hoef je niet naar een bepaalde plaats toe. Je mag dit doen op de plek en in de situatie waarin je je nu bevindt.

Maar, zou je kunnen zeggen, God is toch daar waar 2 of 3 in Zijn naam bij elkaar komen? In Matt.18:20 staat inderdaad deze belofte. Dit is een bevestiging van het belang om verbonden te zijn met mede gelovigen, met het lichaam. Om je geloof te delen en daadwerkelijk handen en voeten te geven. Dat betekent dat het krachtig is om samen met je vrouw en kinderen je te verbinden in Jezus. Dat je met vrienden en buren kunt delen, het brood kunt breken, ‘kerk’ kunt zijn.

.

De kerk: Een vereniging

Doordat we opgegroeid zijn met de kerk zijn we veel Bijbelteksten gaan lezen in het licht van de georganiseerde kerk. De kerk is daarmee een instituut geworden, een vereniging. Net als met elke andere vereniging kun je lid worden, je voor de vereniging inzetten en er een eigen rol in spelen. Maar is dit geen bekrompen idee van de kerk? De kerk; dat is toch het lichaam van Christus? Jezus aan het hoofd en alle gelovigen eronder in verbondenheid als Zijn lichaam? Dat is geen statisch, maar een organisch geheel. Geen hiërarchie maar een beeld van gelijkwaardigheid.

Als we nu eens de Bijbel in het licht gingen lezen van het lichaam van Christus, in plaats van ‘de plaatselijke kerk’, dan zouden we zien dat God zoveel groter is dan ons idee van de kerk.

5f8c2_two-views-of-church-550x316

 

.

De kerk: Ieder heeft zijn plaats

De Bijbel heeft heel wat te zeggen over het omgaan met elkaar. De mens is niet gemaakt om alleen te zijn. We mogen in verbondenheid onze God dienen. De Bijbelteksten die gaan over de verschillende rollen en gaven die je kunt hebben gaan over hoe we met elkaar het lichaam kunnen zijn. Als we op een zondagmorgen alles verwachten van een aanbiddingsband en een voorganger is dat eigenlijk een bevreemdende situatie. Op basis van 1Kor.12 zou je  verwachten dat ieder wat te delen heeft. De een een profetie, de ander een getuigenis, een woord van bemoediging, genezing, wijsheid, kennis, bijzondere kracht. En ook zal de een een herder zijn, de ander een leraar en weer een ander iets anders.

De domineeDe manier waarop we de kerk organiseren zorgt er echter voor dat we bepaalde mensen een rol geven, waardoor de grote meerderheid consument wordt. Dit kan toch niet de bedoeling zijn voor het lichaam van Christus waarin iedereen een functie heeft? We moeten stoppen met ‘pappen en nathouden’ en teruggaan naar de kern. We mogen van de melk af en aan het vaste voedsel. We hoeven het niet meer van een middelaar (zoals Mozes) te verwachten; we kunnen zonder de dominee of voorganger Jezus volgen. We hebben geen kerkelijke leidraad nodig om in de ‘rechte sporen’ te blijven. Nee, we mogen zelf de Herder volgen, samen met de andere schapen.

En ja, dat is een grote uitdaging. Want dat betekent verantwoordelijkheid. Verantwoordelijkheid om zelf God te zoeken, om een relatie op te bouwen, Zijn stem te verstaan, je toe te wijden. Niet dat je dat alleen hoeft te doen, want je hebt een Helper. En je hebt elkaar. We hoeven elkaar niet los te laten, nee we mogen ons zelfs nog veel meer gaan verbinden. Diep, echt en oprecht. Niet op zondagmorgen om 10:00uur in het kerkgebouw, maar door elkaar op te zoeken. Zo vaak als je kan en wilt. Allereerst in je gezin. Daar start het ‘priesterschap’.

(Hier nog een aantal interessante videos: churchanarchist.com)

.

De kerk: Groter dan de plaatselijke gemeente

Als de kerk niet groter is dan de plaatselijke gemeente (of de gemeente waar je lid van bent), kun je tot wonderlijke taferelen komen. Ik heb een Quizzzz vraag bedacht die dit illustreert:

Stel: Je (hervormde) achterbuurvrouw maakt een persoonlijke ramp mee en heeft accuut €1000,- nodig. Zelf schenk je maandelijks geld (10%?) aan je eigen baptistengemeente een dorpje verderop. Wat zijn je gedachten:

  1. Dat is haar probleem
  2. Hopelijk heeft ze een vrijgevige familie
  3. Hopelijk helpt haar kerk haar, zoals wij dat in onze kerk doen
  4. Ik zou wel willen helpen, maar dan doe ik de behoeftigen in mijn gemeente te kort
  5. Misschien kan ze lid worden van onze kerk en kunnen we haar helpen
  6. Wacht even, zij en ik zijn kerk; ik ga haar helpen

Okay, ik geef toe, het is een beetje flauw. Maar geeft dit niet een klein beetje weer wat er in ons land en in onze eigen stad of dorp gebeurt? Ik kan nog vele andere vragen voor deze quizzz bedenken; over hoe we elkaar voorbij rijden, hoe we de tuin van een gemeentelid helpen opknappen maar onze buren links laten liggen, ga zo maar door. Is dat de ‘kerk’ of het ‘lichaam’ zoals Jezus ernaar kijkt? Is dat het oog die de voet helpt bij het lopen?

.

De kerk: Een goede plek voor mijn kinderen

Een van de redenen om in de kerk te blijven was het idee van de (christelijke) opvoeding. Je wilt je kinderen mee geven hoe belangrijk God in je leven is. Je wilt hen laten delen in de ‘gemeenschap’. Maar, eerlijk gezegd, is het niet zo dat ik uiteindelijk meer verkeerde ideeën en teleurstellingen moet verwerken door de kerk, dan dat zij voorkomen heeft? En ervaar ik nu echt gemeenschap met al die mensen? Ik heb vaker het idee dat er in woorden wordt uitgedrukt dat we meer moeten doen. En dat we oproepen tot echte ‘ontmoeting’ en relatieopbouw, om vervolgens even makkelijk ’tot volgende week’ te roepen.

Daarbij zit ook hier het consumentisme weer goed ingebakken. De eerste verantwoordelijkheid voor de geloofsopvoeding ligt binnen het gezin. Ik mag mijn kinderen laten zien wat het betekent om de levende God te kennen, om een vriend van Jezus te zijn. Ik mag hen laten kennismaken met Hem. Ik mag vertrouwen dat als ik het niet kan, Hij door mij heen wil werken.

.

De kerk: Dynamisch of statisch

Ik maak een onderscheid tussen de zichtbare, klassieke kerk (statisch) en ‘het lichaam van Christus’, wat altijd in beweging is (dynamisch).

birthdayDe statische kerk is de kerk van het gebouw. Er zijn diensten op vastgestelde tijden en een vaste plek. Je kunt er lid van worden en er zijn kerkregels. Het werkt vaak met een liturgie en vaste liedbundels. Het gekke is dat deze kerk door de geschiedenis heen van betekenis is geweest, maar vaker nog zwarte bladzijden in de geschiedenis heeft geschreven. Deze kerk is bekend om haar gebouwen van status en omvang. Ze wil gezien worden en erkenning krijgen. Het heeft van oudsher een machtstatus en is vaak ook verbonden geweest met de politiek. Het heeft mensen in dienst en organiseert activiteiten. De ‘gewone’ kerkganger kan komen en gaan zonder gezien te worden. Het is een consument die komt om te ontvangen.

De dynamische kerk is de verbondenheid van gelovigen, dwars door tijd, denominaties en culturen heen. Het is een kerk van ontmoeting en kan altijd en overal plaatsvinden. Het heeft het fundament in Jezus alleen (1 Kor.2:2) en beschouwt de rest als ballast. Theologie is bijzaak. Jezus kennen is hoofdzaak. De ontmoeting zou op zondagmorgen kunnen plaatsvinden, maar dit is dan een ‘event’ en niet een vaststaand beeld van ‘de kerk’. Als leerling volg je een opleiding. Als leerling van Jezus ook. Dit is niet een algemene en brede opleiding (zoals een school), maar een persoonlijke en concrete vorming (zoals de discipelen met Jezus). De ‘kerkganger’ in de dynamische kerk is niet gekomen om te ontvangen, maar om uit te delen. Die wil zijn Meester volgen door te doen wat Hij deed.

.

De kerk: Een oase

Op dit punt aangekomen zou je er tegenin kunnen brengen dat de ‘kerk’ toch ook een plek is voor de verwonde en vermoeide mens. Een plek waar je tot geloof kunt komen. Op adem kunt komen. Je kunt laten voeden, onderwijzen. Een plek om hulp te vinden, en medereizigers.

Dat is ook waar en ga ik niet ontkennen. Dit artikel richt zich ook niet tegen de kerk, maar wil er dwars doorheen. De kerk heeft een functie waar ik zelf ook nog gebruik van maak. Bijvoorbeeld het samen God groot maken vind ik één van de fijnste dingen. Ik zal dat zeker zo nu en dan blijven doen. Alleen dat is ook precies het ‘probleem’. De weg die Jezus gaat is er namelijk een van afleggen. Het grote door het kleine. Altijd precies anders dan je verwacht had. Jezus richtte bijvoorbeeld geen grote politieke partij op, die misschien wel heel effectief had geweest om de armoede te bestrijden. Hij werd koning aan het kruis. God in een stal. Zijn volgelingen zijn niet de intelligentia van deze wereld, maar vissers.

Jezus oproep is niet zozeer om te strijden tegen onrecht. Om de barricaden op te gaan. Maar juist om een persoonlijke weg af te leggen in verbondenheid met Hem. Jezus’ weg is er één van onderaf en binnenuit. En dat veranderd het hart van de zaak. Het richt zich niet op de symptomen, maar op de kwaal.

voedselbankHet beeld van de voedselbank is misschien een passende: We hebben voedselbanken omdat de onderkant van de samenleving onvoldoende middelen heeft om aan voldoende voedsel te komen. Dit is een groeiende groep mensen. Stel dat er nu iemand opstaat die zegt dat we van de voedselbanken moeten zien af te komen. Dan kun je daar tegenin brengen dat deze nodig zijn. Dat als je stopt er vele mensen zullen zijn die niet voldoende voedsel meer hebben. Dat het een belangrijke maatschappelijke functie heeft. Etc. Maar nu worden de voedselbanken inderdaad gesloten. Dan zal blijken dat een deel van de doelgroep het minder nodig had en het toch zelf blijkt te redden. Een ander deel zal de hulp nu gaan zoeken in de directe omgeving, bij vrienden en familie. En een deel zal het niet alleen redden. Het beste kan er wat gedaan worden aan deze laatste groep; niet zozeer het bezorgen van voedsel, maar het aanpakken van de armoede.

Als dit nu het beeld is van de kerk, is het dan niet zo dat we iets in stand houden wat niet nodig zou hoeven te zijn. En is het dan niet de juiste weg om de maatschappij van binnenuit te veranderen door de kwaal aan te pakken in plaats van het symptoom? Van Horsthuis hoorde ik eens het beeld van het zoutvaatje. Hij zei: ‘Wij zijn geroepen om het zout der aarde te zijn, maar in plaats van het voedsel te zouten, blijven we opéén geklonterd in het zoutvat zitten. Dat vaatje moet eens op zijn kop worden gehouden en flink worden geschud.’

.

De kerk en haar leer

947008_465139876896356_2023643395_nDe kerk heeft er over de jaren heel wat ‘heilige geschriften’ naast de Bijbel bijgekregen. Van de Dordtse leerregels en de Heidelbergse catechismus tot aan allerlei conventies en geschriften van kerkvaders. Dit is misschien niet zo gek omdat wat de christelijke leer is, nog niet zo duidelijk in de Bijbel staat. Natuurlijk, er staan hele belangrijke elementen in de Bijbel. En de kern is ook wel duidelijk. Het belangrijkste is misschien wel het leven en de woorden van Jezus en wat daarover is geschreven in de evangeliën. Maar wat nu de concrete leer is geweest die de apostelen hebben geleerd is nog helemaal niet zo duidelijk. Veel van de brieven bijvoorbeeld, zijn met name bijsturingen. Het is alsof je iemand hebt leren autorijden en die persoon ontmoet je na een jaar nog eens. Je rijdt mee en geeft nog een paar aanwijzingen, zoals; ‘kijk veel en lang in je achteruitkijkspiegel, je moet altijd weten wat er achter je gebeurt!’ Stel dat deze aanwijzingen alles is wat bewaard is gebleven voor een volgende persoon die autorijles krijgt, die krijgt dan hele bijzondere instructies. Hiervan ga je waarschijnlijk heel gevaarlijk autorijden wat juist ongelukken gaat veroorzaken.

Zo is het ook als je de Bijbel gaat lezen zonder de kern te begrijpen. Of als je alle aanwijzingen en correcties als op zichzelf staande en gezaghebbende elementen gaat zien. Dan krijg je een gevaarlijk en verwrongen evangelie. De kerk is niet bedoeld als een ‘school’ om alle instructies goed te kennen en alle gevaren te zien. De ‘kerk’ zijn ontmoetingen die gaan over Jezus en waarbij de ontmoeting met Hem op nummer 1 staat. Al het andere is bijzaak.

Soms lijkt het echter alsof in de ‘kerk’ onderwijs en bijsturingen op nummer 1 staan, en de relatie met Jezus er achteraan hobbelt. Dat werkt veroordeling in de hand. Dan gaat het over wat wel of niet moet, kerkregeltjes, of je er elke zondag bent, of je een rol hebt in de kerk, enzovoort. Is dat de kerk waarvan we verwachtten dat Jezus het zelf zou doen. Staat Hij daarvan aan het hoofd?

.

En nu?

Toen ik mijn ideeën over de kerk een tijdje geleden met een vriend besprak vroeg hij mij of ik nog lid was. Ik gaf aan inderdaad nog lid te zijn, omdat ik me niet zozeer wil afwenden van de kerk. Het is geen tegenbeweging. Het is er juist dwars doorheen en er overheen. Het is daarom ook niet zo dat ik ‘klaar ben’ met de kerk. Dat je mij nooit meer in een samenkomst of kerkgebouw zult zien. Nee, daar waar gelovigen oprecht samenkomen zul je mij ook kunnen vinden. Niet als commitment aan een vereniging of omdat het hoort. Ook niet omdat het nu eenmaal zondagmorgen is. Nee, maar omdat ik ervoor kies mede gelovigen te willen ontmoeten; allereerst in mijn gezin, dan in mijn omgeving en ook eroverheen. Soms in een grote groep, soms alleen. Op maandagavond, sabbat of zondag. Om te leren uit de Bijbel, om te horen van anderen, opgebouwd te worden of een vermaning te krijgen. Een lied mee te zingen of om zelf muziek te maken. In alle vrijheid, verbonden in Christus.

Kerk van mensen
Kerk van mensen

Deze vriend gaf daarop aan dat zolang ik echter lid zou blijven, mensen van mij verwachten dat ik actief mee doe met ‘de club’. Dat ik mee betaal aan de diensten en het gebouw, mee werk aan de crèche of muziek maak in de band. En dat is wat ik niet meer kan en wil. Ik wil niet meer investeren in gebouwen of samenkomsten. Vandaag heb ik mij dan ook laten uitschijven bij de kerkelijke gemeente waar ik deel van uit maak(te). Niet als statement, maar omdat ik mij hiertoe genoodzaakt voelde. Ik wil me nog steeds met hen verbinden als broer en zus in echte ontmoeting. Graag zelfs!

Want alhoewel ik geen lid meer van de kerk ben, ben ik wel onderdeel van dé Kerk: Het dynamische lichaam van Christus.

GRATIS BOEK 'OMGAAN MET VERLEIDING'!

ABONNEER JE OP ONZE NIEUWSBRIEF EN ONTVANG EEN GRATIS DIGITAAL BOEK (PDF).

We sturen je geen spam! We geven je gegevens niet aan derden en je kunt je op elk moment weer uitschrijven.

GRATIS boek 'Omgaan met verleiding'!

Abonneer je op de nieuwsbrief en ontvang gratis een digitaal boek (PDF).

We sturen je geen spam! We sturen je gegevens niet naar derden en je kunt je op elk moment weer uitschrijven.

Erwin de Ruiter

Erwin de Ruiter

"De ene mens tracht zich uit te drukken in boeken, een ander in laarzen; beide falen waarschijnlijk." - G.K. Chesterton

20 gedachten over “Kerk zonder gebouw”

  1. Ik kreeg op dit artikel de volgende vraag, die mogelijk nog onvoldoende terug komt:
    ‘(…) bij mij rijst alleen de vraag of het dan niet een uitdaging is om deze reformatie ingang te zetten binnen het instituut kerk in plaats van het instituut te verlaten?’

    Mijn reply hierop was: Dit is een goede en terechte vraag.
    Maar denk eens aan het voorbeeld van de voedselbank; het helpt tegen de honger, maar bestrijd niet de armoede. Hoe wil je vanuit de voedselbank de armoede bestrijden? En nog scherper, waarom zou je het willen..? Maar, dat hierover gesprek gaat plaatsvinden is al winst wat mij betreft!

    Daarnaast is het misschien te vergelijken met het volgende. Je wilt stoppen een bedrijf te zijn, maar wel het (goede) doel blijven dienen. Hoe doe je dat? Door tegen de medewerkers te zeggen vanaf nu krijgen jullie niet meer betaald, maar je mag je in flexibele werktijden als vrijwilliger inzetten?
    Of je wilt in een land wel veiligheid, maar geen politiemacht meer. Ga je dan tegen een getraind politieman zeggen; waarvoor je bent aangenomen en hoe je gedrild bent moet je loslaten. Maar we gaan wel nog steeds de veiligheid waarborgen.
    Zouden de mensen in deze 2 situaties niet met de handen in het haar staan? Is het niet beter iets totaal nieuws te beginnen. En wellicht in de overgangsfase het oude te laten bestaan?

    Naar mijn idee begint elke reformatie, elke opwekking, elke vernieuwing, niet met het verbeteren van het oude, maar met het beginnen van iets nieuws.

    Als laatste: Het gaat uiteindelijk meer om een ‘beweging’. Die zou inderdaad ook door de kerk heen kunnen plaatsvinden (en gebeurt misschien ook al), maar niet er in. We kunnen het oude niet veranderen, en de vraag is of je dat ook wel zou moeten willen. Dat is ook waarom ik zeg niet de ‘kerk’ te verlaten (je zult me er nog wel eens vinden), maar tegelijkertijd ook geen lid meer kan zijn.

  2. Ik hoor in deze actie geen aanzet hoe iets nieuws bestaansrecht gegund word naast het bestaande oude , het is juist dit oude dat veroorzaakt dat je je wel moet afscheiden, hierdoor zijn door de geschiedenis bijnna alle christelijke denominaties wel ontstaan, radicaal zijn is nooit geliefd en iets bestaands is van nature conservatief

    Ik vind u artikel heel zinvol maar niet af, Het is namelijk te vergelijken met een reddingsboei ; het red wel, maar is vaak slechts uitstel van executie als je niets aan de onderkoeling doet, want dan heb je alleen het geconserveerde lijk om te begraven dus en das een beetje te kort door de bocht lijkt me,

    Met groet,

    Eric Jan Katsma

    1. Hoi Eric Jan, bedankt voor het lezen van het artikeltje.

      Er is iets van de kern van het artikel aan de aandacht ontsnapt, of ik heb het niet duidelijk genoeg omschreven: Er is namelijk geen aanzet tot een nieuwe denominatie, geen nieuwe structuren. Het is het herzien van het begrip ‘kerk’. Het is kerk-zijn zonder muren. En dit alles verankerd in een persoonlijke relatie met de Heer. Zoals Paulus ergens schrijft; alles acht ik als vuilnis: Mijn opleiding, mijn afkomst, mijn waardigheid, mijn cultuur. En dan in 1Kor.2:2: Ik heb besloten niets anders te weten dan van Jezus Christus, de gekruisigde. Het gaat dus om het persoonlijke en diepe verbinden met Jezus en van daaruit met andere gelovigen en de rest van de wereld. En ook de ‘kerk’ kan dit in de weg zitten, zoals ik heb proberen te omschrijven.

      Dit is de uitdaging: Wat als je het gebouw/samenkomst op zondag weg haalt. Hoeveel mensen zouden zich dan verbonden weten, zich als kerklid ervaren en het idee hebben met iets ‘groters’ bezig te zijn? Of valt de kerk dan grotendeels uit elkaar? Dat is dan ook mijn voornaamste punt: Haal het gebouw maar weg en laten we werken aan daadwerkelijke verbondenheid. Allereerst persoonlijke verbondenheid met Jezus en daarna verbondenheid met medechristenen. Laten we ons geloof niet laten afhangen van kerkgang of een al dan niet goede preek van de dominee.

      1. Die uitdaging en de dan te ontstane score is duidelijk de drempel die de kerkelijke organisatie niet aandurfd trouwens geen enkele organisatie van uit zegmaar een vrijwillig gekozen gezamelijk doel, ze hebben met zijn allen juist heel lang moeten knokken om zelfs maar een beetje gebouw in de samenleving te veroveren. TOCH ben ik het met je eens die stap wel maken toont gelijk aan wat de kwaliteit van het geloven van die los van het gebouw groep in werkelijkheid betekend, toch geloof ik ook dat juist de charismatische kern die tegenlijk eigenlijk ook altijd de druk belastte gangmakers zijn en daar dus heel veel taken in verrichtten niet ook nog weer eens de taak van het opbouwen van de tent van bijvoorbeeld de tentcampagne bij moeten krijgen, ANDERZIJDS zouden wij ieder voor zich goed naar onze oproep door JEZUS kunnen gaan luisteren dan zou deze organisatie toch wel gestalte en groei krijgen ,kijk mi maar eens naar de Opwekking,elk jaar weer en wat een zegen daar ter plekke neerdaald
        conclusie ALS VAN OUDS weg met die stenen tempel ipv daarvoor een klaagmuur voor de nog wachttenden,
        groet, Eric Jan Katsma

  3. Ik kreeg over de mail de volgende reactie/vraag die ik graag wil delen omdat ook bij anderen deze vraag mogelijk kan opkomen:

    “(…) Ik ben namelijk toch wel benieuwd hoe jullie aankijken tegen structuren van oudsten en diakenen die de apostelen wel degelijk instelden, waarom Paulus de Korintiërs vroeg om ruimgevig te zijn voor de gemeente van Jeruzalem, waarom Paulus een oproep doet aan oudsten om rein te leven zodat zij de gemeente kunnen dienen, waarom hij ook de gemeente oproept om de oudsten te eren, hoe de genoemde eerste gemeente in Jeruzalem het deed om elkaar te ontmoeten (als ik aanvullende geschiedenisboeken mag geloven hadden ook zij grote bijeenkomsten, zeker nadat de grote vervolging uit het Romeinse rijk was gestopt)….om maar een paar dingen te noemen.”

    Hoi …., Betreffende je vraag over de ‘structuur’ en oudsten: Hieronder een door drs. Gijs van den Brink onderbouwde mening over dit onderwerp en de link naar de rest van zijn artikel: http://www.elim.nl/nl/theologieoudsten.html

    In Hand. 11:30 wordt voor het eerst over ‘oudsten’ in Jeruzalem gesproken. Het is opmerkelijk dat er niet meer alleen over de apostelen wordt gesproken (vgl. 4:34,37), maar over ‘de oudsten’. Enerzijds behoren de apostelen natuurlijk ook tot ‘de oudsten’ (1 Petr.5:1; 2 Joh.1), maar anderzijds blijkt uit 15:2,4,6,22,23; 16:4 dat er naast de apostelen ook oudsten waren, waarvan Jakobus, de broeder des Heren de eerste was (vgl. 15:13; 21:18; Gal.2:9). Over de aanstelling van deze oudsten bericht Lukas ons niet. Waarom dit niet gebeurt wordt duidelijker als we beseffen dat het bij de gemeente in Jeruzalem niet om een gemeente gaat die op één plaats samenkomt, maar om de plaatselijke gemeente, de stadsgemeente in de zin van alle gelovigen in Jeruzalem. We hebben elders uiteengezet[viii] dat als we (met Banks en Branick[ix]) op grond van archeologisch onderzoek aannemen dat er gemiddeld 30 mensen per huis samenkwamen, het dan minstens 165 huizen betreft, want er waren in Jeruzalem en omstreken 5000 gelovigen (Hand. 4:4). Het betreft hier dus oudsten van een ekklesia in betekenis II, de stadsgemeente ofwel alle gelovigen in een stad of streek. Zij zijn samen met de apostelen verantwoordelijk voor het netwerk van huisgemeenten in Jeruzalem. We hoeven er tegen de achtergrond van de oudsten in de joodse gemeenschap niet aan te twijfelen dat ook in de christengemeenschap van Jeruzalem de oudsten die hier genoemd worden de meest gerespecteerde oudere broeders zijn uit de diverse huisgemeenten. Die waren er al en hoefden niet aangesteld te worden.

    1. Vd BRINK HEEFT ALTIJD HET LAATSTE WOORD ,

      VROEGER OF LATER ,

      DAS DE KEIHARDE REALITEIT DUS ,

      Met groet,

      Eric Jan Katsma

      PS
      Maar wij hebben behalve JEZUS nog een Ouweneel , een Wilkert en meer nog levende jonge Honden / Helden die aardig timmeren aan het “KERK” ZONDER GEBOUW

      1. DAT BEGREEP IK AL WEL, MAAR TOCH EN DAN HOE NU VERDER , DAN STA JE TOCH ALS ENIG SCHAAPJE OVER DE DAM ALLEEN TE KIJKEN
        LOS DAAR VAN ,
        DEZE REVOLUTIE IS AL AAN DE GANG MAAR DAN VANUIT DE MENSEN VAN DE AL LEEG-GE-LOPEN KERK EN DE GROEP TOCH AL ZOEKENDE MET HUN VOOROORDEEL TEGEN DIT INSTITUUT IN DE VORM VAN HET SAMENKOMEN IN DE AULA OF DE GYMZAAL VAN EEN SCHOOL OF BIJVOORBEELD EEN BIOS IN EEN EUCOMENISCHE- RICHTING VOL EVANGELISCHE DIENST . WAT MIJ DAARBIJ OPVALT IS DAT DAAR WAAR DE LEIDING NIET VOLDOENDE GEZOCHT WORDT DE ZAAK BINNEN EEN SEIZOEN ZEGMAAR PLOFT DUS VERDWIJNT OF IN 2 BESTAANDE HERONTDEKTE INSTITUTEN OPSPLITST , DE HAND KAN DAN NOG STEEDS HEEL ONHANDIG NIET MET DE VOET UIT DE VOETEN , WAARBIJ HET SOMS ALLEEN DE INZET SLECHTS HET SAMEN IN EEN GEBOUW IS, WAARMEE IK JOUW ARTIKEL ALLEEN DAAROM AL 100 PROCENT WIL BEAAMEN,

        SUCCES MET DE OVERIGE ARTIKELEN VERSPREIDING
        KIJKER NAAR UIT

        In die ENE verbonden, niet in al het andere,

        Eric Jan Katsma

  4. Prikkelend artikel en ben het zeker met de kern eens: je hebt de (zondagse) kerk niet nodig om te geloven. Je bént de kerk (samen met je medechristenen). Ik vind wel een aantal tegenstellingen in je artikel. In het begin geef je aan niet teleurgesteld te zijn, maar later is die teleurstelling toch wel beschreven.
    Ik vind het wat teveel geredeneerd in ‘kerk’ versus ik, ondanks je betoog dat het dat overstijgt. Om bij mezelf te blijven: we eten wekelijks met diverse mensen, zoeken medechristenen op in onze woonplaats waar we activiteiten mee organiseren, we komen maandelijks met een groep mannen bij elkaar voor bemoediging en draaien interkerkelijke kringen. Daarnáást gaan we graag op zondag naar een dienst om hetzelfde te doen: te leren, te bemoedigen en mensen te ontmoeten. Ik zie niet in waarom het één zonder het ander zou moeten. Juist door passief (zonder actieve deelname) af en toe een dienst te bezoeken, wordt je ‘klant in de kerk’, en ook daarin vind ik weer die tegenstelling.
    Uiteindelijk maakt het ook niet uit of je met alles stopt, of geen kerk meer bezoekt. Krijgt God de eer bij wat ik doe, is de basis voor eenheid en ontmoeting.

    1. Hierin zit dus wel een duidelijke lijn in ”Het hoe nu verder” Dus zonder gebouw maar wel in Geest en Waarheid. Want daar draait het om wel leven met en vanuit JEZUS,
      Bedankt voor jou betoog, super dat jij zon groep ontdekt hebt en er aan mee bouwt,

      met groet,

      “Een in die Ene niet in al het andere”

      Eric Jan Katsma

    2. Hoi Henk, bedankt voor je reactie. Je hebt een punt, maar daar kom ik zo op terug. Ik vind het knap hoe je goede feedback geeft en het toch bij jezelf weet te houden. Daar kan menig hulpverlener nog een puntje aan zuigen!

      Je zegt dat ik aangeef niet teleurgesteld te zijn, maar in het begin geef ik juist aan wel teleurgesteld te zijn, maar dat dit niet de reden/grond is voor dit artikel. Dat is geen tegenstelling. Ik kreeg van iemand anders terug dat ik niet geloofwaardig zou zijn omdat ik mijn gevoelens probeer te onderbouwen met argumenten. Nu ben ik het hier ten eerste niet mee eens. Ten tweede is dit een slechte redenatie. Het is namelijk zo dat een (on)geloofwaardig persoon argumenten kan geven die op zichzelf beoordeeld dienen te worden. Met andere woorden: Een argument is niet beter of slechter omdat een wetenschapper of een ongeschoold persoon deze geeft. Misschien egt het iets over de houdbaarheid van het argument, maar dan moet daar op ingegaan worden.

      Je punt over je persoonlijke situatie is naar mijn idee een onderbouwing van dit artikel: De kerk is meer dan 1 groep mensen of 1 bepaalde lokatie/tijd. Het een hoeft ook niet perse zonder het ander. Mijn punt is niet zozeer de kerk op te heffen, maar deze anders in te richten. Daar zie ik echter problemen, omdat dit simpelweg niet kan. Vanuit de manier waarop het nu georganiseerd is zie ik mezelf voor een dilemma (zoals beschreven): Of ik blijf lid, maar dan wordt er van mij ook iets verwacht. Of ik ben geen lid meer, maar dan zet je jezelf er ook een beetje buiten.

      Daarmee kom ik op je laatste punt: Daarmee wordt je inderdaad klant in de kerk. Dat is (vanuit mijn optiek) niet zozeer een tegenstelling alswel een dilemma. Als je de kerk niet meer ziet als iets dat moet, maar iets dat mag. Iets waar je geen lid van hoeft te zijn, maar wel heen kunt gaan.
      Dat kan alleen als je de kerkgang op zondagmorgen als een ‘event’ ziet. Zoals dat je naar bijvoorbeeld het festival van ‘Opwekking’ kunt gaan. Of naar het ‘Flevo-festival’ of welk festival, sing-inn, praise-avond, seminar of workshop dan ook. Dat betekent niet de de Kerk (met grote K) stopt, maar dat je op een nieuwe manier jezelf met andere gelovigen mag en kunt verbinden.

      Dat dit lastig is, een nieuw proces op gang zal zetten en je tegen muren (of jezelf) zult aanlopen zal daar inherent aan zijn. Dat roept bij mij ook vragen, angstsen, verdriet, hoop en een heleboel andere dingen op. Hierin wil ik gaan met Jezus EN andere gelovigen. Niet op mezelf. Het zijn dan ook niet zozeer tegenstellingen die je benoemt maar een nieuwe weg. Door de oude heen, soms er langs en soms er tegenin.

      Je conclusie is dan ook een belangrijke; Laten we doen wat Hem eer geeft.

      Bedankt voor je kritische blik. Ik hoop dat je me zo blijft volgen, aanmoedigen, inspireren en terecht wijzen.

      1. Jij ook bedankt. Het artikel dwingt tot nadenken. Tegelijkertijd houdt jouw reactie ook mijn houding onder de loep. Wil niet bekend staan als de man die altijd kritiek en commentaar heeft. Altijd kritisch hoeft niet altijd goed te zijn, en kan wat betweterig overkomen.

        1. http://footo.nl/12wnP/buitenshoot-met-natuurlijk-licht

          met als tijdelijke titel ” HIER STOND TOCH EEN KERK ? – / GELOOF IK ? ,”

          wat natuurlijk ons besef en jullie stelling kwetsbaar maakt is het feit dat als je Jezus wil volgen je HEM WEL EERST MOET ONTDEKKEN , dus je kunt wel verder zonder gebouw en instituut willen maar hoe komt dan die koppeling van de nog zoekende met de reeds gelovende tot stand , voorin doord eborging in een rgelmatige dienst in een soort gebouw die vaak ook nog een afspiegeling van de trend van de geloofsgroep was,

          MET GROET ,

          ERIC JAN KATSMA

          1. @Eric: Daar ben ik het zeer mee oneens. Het idee dat iemand met name in een kerk(gebouw) tot geloof zou komen is simpelweg onwaar. Iemand komt tot geloof door persoonlijke aanraking van de Heilige Geest en vanuit relatie met andere gelovigen. Niet zozeer door een preek of een oproep.

            Dat dit wel vaak de manier van werken is lijkt mij eerder vanuit de angst om je persoonlijk te verbinden met de ander, om kwetsbaar te durven zijn en om een persoonlijk verhaal te hebben van je relatie met God. Iemand in de kerk brengen is dan gemakkelijker. Je kunt dan hopen op een goede preek die de ander mag aanraken zonder dat je daar zelf iets in hoeft te betekenen.
            Ook hierin zeg ik niet dat dit niet door God gebruikt zou worden. Het kan heel goed dat dit gebruikt wordt. Maar de vraag is niet zozeer mag het wel/niet. Is het effectief wel/niet. De vraag (in dit artikel) is veelmeer: Wat is de bedoeling. Hoe zou Jezus het zelf doen. Hoe zouden de discipelen het gedaan hebben, de eerste generatie christenen.

            Zelf als ik denk vanuit de kerk zou het dan nog zo moeten zijn dat de kerk de gelovige faciliteert om discipelen te maken, om verbonden te zijn met Christus, om te leven als Hem. Dit in plaats van niet-gelovigen de kerk in helpen zou het gelovigen de wereld moeten in helpen. Het ‘zout der aarde’ zijn in plaats van het ‘zout in het zoutvaatje’.

            1. Beste Erwin,
              Ik ben het met je eens, alleen de zoekende herkend zo’n bijnna onzichtbaar werkende groep niet , ook een leeggelopen kerk niet, wel het affiche van een tentcampagne , andezijds bij gemeente acties is het anoniem achteraan schuiven van het vrijblijvend geintresseerde publiek zondermeer zonder kerk een utopie,
              wat ik bij beide vormen mis is hoe presnteer je je en gade de opdracht van evangeliseren aan of beperk je je tot zelfontplooing en pakt enpassant nog wat zoekenden mee

              Daarbij effe helder zelfs het laatste avondmaal werd 1 hoog achter gerserveerd , dus ze hadden geen gebouwen dus ook geen kerk dus ook de vraag over deze stelling niet , ik zou het een en ander tegen de romaanse 3 de eeuw aan willen plakken en oorzaak en origine daar willen neerleggen dus wereldheerschappij koppeling van staat en godsdienst,

              Ik denk dat als je deze groei doormaakt het los laten van het traditionele dat je gewoon de geschiedenis van de verlichting herhaald dus eigenlijk niet direct iets nieuws doet alleen op een ander golf instapt en verder surft en als daarbij niet je drijfveer de opdracht vanuit de persoonlijk relatie met Jezus is dan sta je uiteindelijk alleen te kijken,
              bedankt voor je reactie op mijn breder uitmeten van de stelling

              groet,
              NU een zonder een gebouw,

              ERIC

            2. Natuurlijk ligt het accent op relatie , maar hoe vind die plaats – de eerste keer en daar na -en dat ontmoetingspunt daar kun je om effectieve redenen bepaalde eisen aan stellen, omdat de kerken leeglopen , hun feeling verliesen/ verloren hebben met het publiek moet er een brug geslagen worden vanuit het zegmaar Nieuwe geloven zonder gebouw – willens en wetens evangelizerende toch herkenbaar naar de groep zoekende want die verwachtten wellicht een kerk in een gebouw (?) anders blijf je nog onzichtbaarder als een groep met alleen die groep je geloof ontwikkelen,

              De spil moet Jezus zijn en niet het kerk-gebouw- GOD doet in mensen niet in gebouwen

              Jezus is de hoeksteen van de Gemeente en dat is een geestelijke en niet een materiele zaak

              Dat lijkt me een ieder wel duidelijk maar heel praktisch welke smalle weg moeten we hiervoor nou gaan?

              Met groet,

              Nu zonder Kerk-gebouw en zonder gemeente

              maar ik geloof wel in de opstanding van Jezus

              ERIC

          2. @Henk Zo heb ik je reactie niet ervaren: Ieder mens heeft een vriend nodig die kritisch kan en durft te zijn. En je hebt heel scherpzinnig een (mogelijk onderbelicht) punt aangewezen wat wel degelijk een dilemma is (klant in de kerk). Praten we nog eens over door 😉

      2. Het één (de wandel met Jezus) moet niet zonder het ander (meedraaien in een kerk). Wat me juist opvalt is dat genoeg mensen vooral het ander beleven (alles wat met een kerk te maken heeft) en moeite hebben met de wandel met Jezus. En wat me nog meer opvalt is dat velen denken dat de wandel met Jezus niet zonder een kerk kan en dat is gewoon niet waar (mits je niet op een eilandje alleen gaat zitten).

        Lag de focus maar meer op de persoonlijk wandel met Jezus, zeker in de kerk.

        Als dat de basis is, dan kijken we elkaar er niet zo op aan of de één meer of minder komt. De vraag is dan niet waar was je vorige week, maar hoe was je wandel de afgelopen twee weken?

        Maar, zoals Erwin ook aangeeft, je komt er niet omheen, wanneer je de huidige kerkstructuur hanteert, dat inzet voor de kerk, de diensten, het gebouw, etc. ook van je verwacht wordt. Tenslotte functioneert de kerk als vereninging met kosten en taken dus ook met inkomsten en mensen die taken vervullen.

    3. vond dit wel een mooie quote..

      “As I have read the Gospels over the years, the belief has grown in me that Christ did not come to found an organized religion but came instead to found an unorganized one. He seems to have come to carry religion out of the temples into the fields and sheep pastures, onto the roadsides and the banks of the rivers, into the houses of sinners and publicans, into the town and the wilderness, toward the membership of all that is here. Well, you can read and see what you think.
      ― Jayber Crow

    Geef een reactie